Elke week naar school omdat Denzel wéér de klas was uitgestuurd

Elke week naar school omdat Denzel wéér de klas was uitgestuurd
8 min

Als jongen was hij soms niet te handhaven. Zijn moeder moest zich elke week op school melden omdat hun zoon zo druk was. Maar al snel zagen ze: dit is Denzel. En nu hij al zijn energie kwijt kan in het voetbal heeft hij zijn rust gevonden. Een nadere kennismaking met één van de smaakmakers van de eerste seizoenshelft.

Keukentafel 
Een dag na de Champions League-wedstrijd tegen Internazionale wordt aan de keukentafel in Rhoon slechts zijdelings over Oranje gesproken. Denzel Dumfries (22) heeft dan enkel nog voor Jong Oranje gespeeld en in de voorselectie van het Nederlands elftal is hij niet opgenomen. Logisch ook, vinden vader Boris (53), moeder Marleen (51), zus Demelza (24) en zusje Daniëlle (19). Broertje Donovan (16) staat nog op het voetbalveld. Hun zoon en broer voetbalde anderhalf jaar geleden nog met Sparta in de kelder van de Eredivisie.

Een dag later komt het onverwachte nieuws uit Zeist: bondscoach Ronald Koeman heeft Denzel opgenomen in de selectie van Oranje. Mark van Bommel zal later op die dag zeggen dat de hoofdpersoon ‘op zijn Dumfries’ reageerde. ‘Heel blij en heel enthousiast’, aldus de trainer van PSV.

Sinds de avond ervoor weten we dat dat inderdaad ‘op zijn Dumfries’ is. Als er een woord op Denzel van toepassing is dan is het wel ‘druk’. “Oh… wat was hij druk”, zegt Demelza. Moeder Marleen: “Hij was heel erg aanwezig.” Hij wordt de plaaggeest van het gezin genoemd, en van de school. “Ik moest elke week op school komen omdat hij wéér de klas was uitgestuurd.”

Niet dat Denzel een vervelend mannetje is. “Hij was geliefd.” Hij heeft gewoon moeite met een lesuur lang stilzitten. En dus doet hij andere dingen. Kletsen in de les en ook op het schoolplein kan het niet op met de pret. Telkens verzint hij nieuwe dingen. Demelza: “Ik noem hem altijd Pietje Bell. Hij liet de banden van de fietsen leeglopen, bijvoorbeeld.”

Ook thuis raast hij door het huis, met altijd maar die bal aan de voet. Boris: “Denzel zei laatst nog: ‘Weet je nog dat je me op de trap zette?’ Dát was pas een straf voor hem. Stilzitten. Ik heb hem hartje winter ook eens buiten gezet. Voor zijn neus schoof ik de schuifpui dicht: ‘Ga jij maar even afkoelen. Letterlijk.’”

Slappe lach
Zijn moeder neemt hem na een tijdje mee naar de huisarts. Ze denkt: er klopt iets niet. Elke week datzelfde verhaal en thuis ziet ze het ook: ondanks de waarschuwingen blijft hij even druk. De huisarts neemt hun verhaal zeer hoog op. Marleen: “Denzel moest allerlei vragen beantwoorden: hij zou weleens ADHD kunnen hebben.”

Na een uur komen de twee buiten, een verwijsbrief in de hand. Moeder en zoon kijken elkaar aan en na een korte stilte schieten ze keihard in de lach. “Oh, we hebben zó hard gelachen. Puur uit ontlading van zo’n bloedserieus gesprek waarbij we gaandeweg beiden voelden: dit is het niet. Denzel is gewoon zoals hij is. Ik heb de verwijsbrief verscheurd.” Demelza: “Er valt geen stempel op hem te drukken.” Marleen: “Sindsdien heb ik hem geaccepteerd zoals hij is en daarna ging het ook veel beter. Hij werd van een drukke jongen heel gefocust en rustiger.” Demelza: “Op school was hij tot die tijd zoekende naar zijn identiteit en wat hij echt leuk vindt. Volgens mij heeft hij toen besloten: ik ga vol voor het voetbal. Hij heeft de rust in zichzelf gevonden.”

‘Word je hard van’
De rust komt met de jaren, maar zijn toewijding voor het voetbal is er als kind al. Vader Boris stuurt als manager van een zorginstelling elf teams aan en ook moeder Marleen heeft eenzelfde functie, maar dan binnen een mbo-opleiding. Beiden hebben een drukke baan en tijd om hun kinderen naar de trainingen te brengen, is er niet altijd. Door stortregen, vrieskou of windstoten: het maakt Denzel niets uit. Stipt op tijd fietst hij een paar keer per week naar zijn club. Eerst naar Smitshoek, later naar Barendrecht. En zijn tas pakt hij van tevoren zelf in.

Boris: “We waren op vakantie in Italië en hij zorgde ervoor dat we op tijd terug waren voor de eerste training van het seizoen bij Barendrecht. Wij dachten: er zullen heus nog wel meer jongens op vakantie zijn, maar geen denken aan hoor.” Marleen: “We kwamen ’s nachts thuis en twee uur later stond hij op om naar de club te fietsen. Hij is één keer ziek geweest, maar thuisblijven was geen optie.” Demelza: “’Daar word je hard van’, is zijn bekende uitspraak.”

Gebroken tenen  
Daniëlle begint te lachen. “Hij heeft ooit met gebroken tenen gespeeld. ‘Gewoon doorspelen’, zegt hij dan. Hij heeft ook de tic om bij pijn heel hard op die plek te slaan. ‘Word je hard van’. Of hij pakt je handen en tikt ze in je gezicht om hetzelfde te zeggen. Maar Denzel doet het altijd met een grote lach op zijn gezicht. Hij gaat niet te ver. Denzel is gewoon echt een heel leuke broer. Hij zal er altijd voor ons staan en je kunt enorm met hem lachen. Maar daarnaast is hij ook heel gevoelig. Een echte familieman.”

Hij is een moederskindje. “Ik ben zijn vertrouwenspersoon”, zegt Marleen. “Echt álles vertelt Denzel me. Ik voel een heel hechte vriendschap tussen ons. Boris heeft weer een heel andere rol in huis, een minstens zo belangrijke. Hij is meer van het verzorgende.” Demelza: “Wanneer mama een boterham voor ons had gesmeerd, kreeg je gewoon twee sneden op elkaar geplakt mee. Bij mijn vader proef je de liefde die hij erin legt.”

Emigreren naar Aruba
De liefde voor zijn familie uit zich bij Denzel in zijn beschermende karakter. “Hij wil echt de man in huis zijn”, zegt zijn vader. Nu woont hij in Eindhoven, maar in de tijd dat ze nog met zijn allen thuis wonen en vader en moeder Dumfries een avond weg zijn, klinkt het uit de mond van Denzel: “Zo, nu ben ik de oudste. Ik ben de baas.” Ook al is Demelza ouder. Ze lacht. De vier kinderen krijgen op die momenten duidelijke instructies mee van hun ouders: als de bel gaat, mogen ze niet open doen. “Daar hield Denzel zich strikt aan. Hij kon ook echt boos worden als ik de deur open deed. Maar als een vriendin voor de deur staat, ga ik haar echt niet laten staan omdat mijn ouders zeggen dat dat niet mag.”

Denzel is dan ook erg van de regels en structuur. Dat zorgt voor een bepaalde focus in zijn vak en binnen het gezin vindt hij dat hij zijn verantwoordelijkheid moet nemen. Zoals wanneer zijn oudste zus een jaar geleden een dochter krijgt: Naël. “Oh, wat was hij bezorgd bij de bevalling”, zegt zijn moeder. Zijn vader: “Dan zegt hij: ‘Ik moet als oom mijn verantwoordelijkheid nemen. Ik zal haar een dag meenemen, verzorgen en eten geven.’”

Of in 2006 wanneer de familie besluit te emigreren naar Aruba en vader Boris als eerste vertrekt om de zaken te regelen. “Elke avond ging hij de voor- en achterdeur dicht doen en controleerde of de meisjes niet te ver weg waren”, vertelt hij. “Dan zei hij tegen Marleen: ‘Zijn ze al terug? Je moet ze bellen hoor.’ En als de bel ging: ‘Niet opendoen.’” Demelza: “Op die momenten is hij superserieus. Hij is ook wel een beetje een bangerik.”

Na een jaar in Aruba komt de familie terug: de crisis laat zich voelen en het huis in Rhoon krijgen ze niet verkocht. “Denzel is daar nu heel blij om”, zegt zijn moeder. Zijn vader: “Hier heeft zijn carrière een vlucht genomen.” Hun zoon speelde twee interlands voor Aruba. Hij besloot op de uitnodiging in te gaan omdat het geen officiële interlands waren. Zo mag hij nog voor Oranje uitkomen. Want het Nederlands elftal… Dat is zijn absolute droom. Eén die niet lang na dit interview uitkwam.