Al geruime tijd werkt Ibrahim Afellay op De Herdgang aan zijn fitheid. De oud-PSV’er is naar eigen zeggen bezig met de laatste fase van zijn revalidatie van een hardnekkige knieblessure.
Op het jeugdcomplex traint hij regelmatig mee met PSV O19. “Ik ben eigenlijk een oude man hé tussen die jongens van de O19”, grapte Afellay, vorige week bij PSV TV. “Het gaat er heel normaal aan toe en je maakt natuurlijk een praatje met die gasten. Dat gaat allemaal op een vrijblijvende manier. Ik vind het leuk om weer bij PSV te zijn”, vervolgt Afellay die dankzij veelvuldig contact met Mark van Bommel terugkeerde op het sportcomplex waar hij zijn eerste stappen richting profvoetballer zette.
Afellay groeide in het begin van de zeroes gestaag richting het eerste elftal van PSV, waar hij in 2005 in doorbrak. Notabene in de laatste thuiswedstrijd van Mark van Bommel – voor diens vertrek naar FC Barcelona – eiste Afellay met treffers tegen Feyenoord de hoofdrol op. Later werd Afellay aanvoerder van PSV, vertrok hij zelf ook naar FC Barcelona waar hij de Champions League won.
Een blessure gooide echter roet in de opmars van de voormalig PSV’er. In de jaren die volgden kreeg Ibi vaker te maken met zwaar blessureleed. Ook bij zijn laatste werkgever: Stoke City. Daar vertrok hij transfervrij en sinds 2019 tracht hij bij PSV weer fit te worden om zijn carrière te kunnen vervolgen.
Wanneer de middenvelder rondloopt op De Herdgang geeft hem dat een speciaal gevoel. “Als ik hier rondloop krijg ik allerlei flashbacks. Je hebt allemaal herinneringen zoals de spelers met wie je gespeeld hebt en de trainers die er in mijn tijd waren. Dat is toch bijzonder. Het voelt goed om terug te zijn bij PSV.”
Ibi legt uit hoe hij bij PSV gekomen is. “Ik zit in de laatste fase van mijn revalidatie om zo weer volledig fit te worden. Eigenlijk is het vrij snel gegaan. Ik had al een tijdje contact met Van Bommel omdat we ook samen gespeeld hebben in het verleden. Uiteindelijk is het via John de Jong zo gelopen dat ik nu kan herstellen bij PSV. Daar ben ik de club heel dankbaar voor.”
