2018 was zijn jaar

2018 was zijn jaar
11 min

Steven Bergwijn (21) draait tegenstanders doller dan ooit. Met acht doelpunten en zeven assists eindigde hij kampioensjaar 2017-2018. Dit seizoen heeft Stevie dat aantal bij de winterstop al bereikt. 2018, het was zijn jaar.

Florida  
Terwijl in Eindhoven mensen met dikke sjaals voor hun gezicht lopen, de winterjassen dankzij de januarisales de winkels uitvliegen en een enkeling zich opwarmt aan een bakje net gefrituurde, warme kibbeling stapt Steven Bergwijn in een shirt met korte mouwen het trainingsveld op. Breeduit lachend, zoals iedereen hem inmiddels kent en herkent. In Florida, waar de temperatuur in deze maanden van het jaar vele malen aangenamer is dan in Nederland, bevindt hij zich te midden van de selectie op de uitstekend verzorgde grasmatten nabij het Spectrum Stadium. De enige PSV’er die hij mist is uitgerekend concullega Jürgen Locadia. Zijn mede-aanvaller herstelt in Nederland van een blessure, die hij nog voor de winterstop opliep en waardoor Bergwijn de laatste drie duels voor de winterstop steevast in de basis begint.

Locadia keert daarna ook niet meer terug in de ‘vaste elf’ van PSV. Hij vertrekt halfweg januari naar de Premier League. Bergwijn, op zijn beurt, staat zijn plek in het eerste niet meer af. Waar hij in de eerste maanden van het voetbaljaar nog tussen bank en basis pendelde is hij vanaf dat moment ‘vast’ basisspeler. Zo completeert hij op 21 januari de PSV-aanval naast Hirving Lozano en Luuk de Jong in de eerste wedstrijd van het kalenderjaar tegen Heracles Almelo. Een wedstrijd die PSV, niet voor het laatst in 2018, in de blessuretijd winnend afsluit. De 2-1 van Luuk de Jong, vijftien seconden voor het eindsignaal, is hét gesprek na de wedstrijd en doet het eerste doelpunt van de middag bijna vergeten. Een doelpunt dat kwam van de voet van Steven Bergwijn en symbool staat voor zijn opmars in het Nederlandse voetbal sindsdien.

‘Wel lekker’
“Het gaat vanaf dat moment wel lekker”, blikt hij er zelf lachend en met gevoel voor understatement op terug. Wel lekker? “De doelen die ik mezelf gesteld heb zijn wel zo’n beetje gehaald. Hoe moet ik het zeggen? Het is vervelend om van basis naar bank naar basis en dan weer de bank te gaan. Je wilt als speler altijd wat vastigheid, vertrouwen en een manier om ritme op te doen. Daarvoor moet je alles – of veel – spelen. Toen Jürgen geblesseerd raakte en daarna vertrok, heb ik mijn kans kunnen grijpen. Zo werd het een mooi jaar, maar wel één met ups en downs. Dat heeft ieder jaar eigenlijk wel. Hoe goed het soms ook lijkt te gaan voor de buitenwereld, zo is het niet altijd. Ik denk dat ik op de goede weg ben en voel heel veel vertrouwen hier.”

Bescheidenheid siert de mens, leert Bergwijn van zijn ouders, maar sinds die dag halfweg januari komt de aanvaller langzaam meer zeker definitief los. Het talent was er altijd al en het was onmiskenbaar. Aan de jeugdzijde van De Herdgang is er geen trainer te vinden die níet in een doorbraak van Stevie, die in 2011 in de jeugdopleiding van PSV werd opgenomen, in PSV 1 geloofde. De vraag was alleen wanneer komt hij echt los? “Zelf heb ik er nooit aan getwijfeld”, zegt Bergwijn gedecideerd. “Ik dacht: het komt wel goed, alles op z’n tijd. Natuurlijk voelde ik weleens dat ik wilde spelen, maar ik ben nooit naar de trainer gegaan om te zeggen dat ik moest spelen. Dingen komen vanzelf. Ik heb er ook vaak met Memphis, Gini (Wijnaldum, red.), Josh (Brenet, red.) en Luta (Luciano Narsingh, red.) over gesproken. Met name Josh en Luta hebben me echt geholpen. Luciano zei altijd: ‘Jij gaat hier een dragende speler worden. Maak je niet druk, want je bent nog zo jong.’ Dat heb ik altijd in m’n hoofd gehouden. Nu ben ik op de goede weg.”

Belletje  
Begin februari velt hij met twee juwelen van doelpunten Sparta Rotterdam (1-2). Twee weken later, opnieuw in Rotterdam, maakt hij de 0-2 tegen Feyenoord en geeft hij de assists bij de andere twee PSV-treffers (1-3). “Sowieso was dat een belangrijke wedstrijd”, herinnert Bergwijn de voorlaatste editie van Feyenoord - PSV. “Iedereen dacht dat we daar punten zouden gaan verspelen. Verliezen zelfs. Maar dat Ajax even daarvoor punten verspeelde zorgde voor extra motivatie. De trainer (Phillip Cocu, red.) vertelde het na de warming-up, net nadat we klaar waren met omkleden. Aan het eind van zijn betoog klonk meteen het belletje omdat we naar het veld moesten gaan. Iedereen stond op met zo’n gevoel van: nu moet het gebeuren. We raakten direct in een flow en waren vanaf minuut één messcherp. Er viel die middag niets te halen tegen ons. Dat zag je gewoon van onze gezichten afspatten.”

Daarna scoort hij nog tegen FC Utrecht om tegen Ajax, in de kampioenswedstrijd, een kroon op zijn doorbraak te zetten. Een hoge bal met de voet doodleggen en afdrukken: 3-0. “Dat is een moment dat ik nog weleens zou willen beleven.” Na die treffer laat Bergwijn ook voor het eerst een nieuwe manier van juichen zien. Direct nadat de bal in het net ploft, rent hij naar de rechterhoekvlag, legt hij zijn middelvinger over zijn ringvinger en vormt hij met zijn hand de letter W. Met die letter bedekt hij een groot gedeelte van zijn gezicht. “Moet ik dat uitleggen?”, vraagt Bergwijn. “Pfoe dat is lastig. In mijn vriendengroep was iets gebeurd. Niets bijzonders hoor, gewoon dingen die in een vriendengroep gebeuren, haha. Hou het er maar op dat er een gebaar werd gemaakt. Ik keek ernaar en dacht: hier kan ik mijn eigen draai wel aan geven. Sindsdien doe ik het en eigenlijk doet iedereen in mijn vriendengroep het nu ook op mijn manier.”

Doorleren     
Zijn definitieve doorbraak zorgt ook voor een nieuwe stroom geruchten. Geruchten zoals eigenlijk altijd wel rond de naam van Bergwijn hangen. Geen zomer gaat voorbij zonder dat de PSV’er wordt gelinkt aan teams uit de grote competities van Europa. Maar in plaats van Eindhoven achter zich te laten verlengt Bergwijn zijn contract bij PSV. Tot 2022. John de Jong, dan nog interim-technisch manager, zegt op het moment dat de pen van Bergwijn het nieuwe contract raakt nog dat hij boos wordt als hij dat contract ook daadwerkelijk uitdient. “Dat zei John ja”, lacht Steven. “Weet je wat het is? Ik kan echt nog veel leren hier. Ik ben nog jong, wil graag nog een keer kampioen worden en daarna gaan we het wel zien. Ik zie wel wat er op mijn pad komt. Een voorkeur voor een volgende stap heb ik eigenlijk niet. Hier ben ik blij.”

Doorleren dus en dat is wat Bergwijn doet. “Variatie aanbrengen in wat je doet, en ook het kiezen van de momenten waarop je een dribbel start; daarin is Steven het meest gegroeid.” Aan het woord is specialistentrainer Boudewijn Zenden, eerder dit seizoen. Symbool voor het huidige spel van Bergwijn staat dan ook misschien niet eens een treffer. Op 13 augustus tegen FC Utrecht is de buitenspeler zo ver naar binnengekomen dat hij, wanneer PSV opbouwt, de bal rond de middencirkel komt halen. Bergwijn schudt tegenstander één af door open te draaien, zet de volgende op het verkeerde been met een lichaamsschijnbeweging en zoeft op snelheid voorbij nummer drie en vier. Terwijl hij op het doel afstoomt gunt hij De Jong, dan nog doelpuntloos in de Eredivisie, een grote kans die ternauwernood geen doelpunt oplevert door ingrijpen van een teruggekeerde Utrecht-verdediger.  

“Ik denk dat ik veel volwassener ben geworden. Inderdaad veel meer variatie in mijn spel heb leren aanbrengen en ik ben wat effectiever geworden. M’n rendement is omhoog gegaan. Daar heb je ook wedstrijden voor nodig, om dat te leren. Ik heb veel met Boudewijn gesproken over mijn spel. En ook beelden gekeken en aan de hand daarvan getraind. Van wie ik het meest heb geleerd kan ik niet zo goed aangeven. Je leert uiteindelijk van alle trainers. Iedereen geeft je weer andere inzichten.”

Basisschool      
Wie groeit op het voetbalveld, stadions stil speelt of het thuispubliek juist op de banken krijgt, wordt ook bekender. Bij jong én oud. Kort voordat Bergwijn de tijd neemt om zijn jaar te bespreken excuseert hij zich om de hand van een man op leeftijd te schudden. Beiden maken een praatje en lachen. “Hij is fan van mij, een aardige man”, zegt de vleugelaanvaller bij terugkomst. “Laatst zijn er wat foto’s van ons gemaakt en die had hij nu bij zich. Hij wilde ze even laten zien. Je wordt steeds bekender, dat merk je ook op straat. Overal waar je komt herkennen mensen je, maar eigenlijk vind ik dat ook wel leuk. Ik ben denk ik wel een lieve, vrolijke jongen. Lach ik altijd? Ja bijna altijd wel. Ik probeer mezelf te blijven en dat zal ik ook altijd blijven doen. Ik ben niet beter dan anderen omdat ik toevallig voetballer ben.”

Dat onderschrijft een spontaan bezoek dat Bergwijn recent bracht aan zijn oude basisschool in Almere. Op Instagram is een foto te zien waarop hij gehurkt op het schoolplein zit met achter hem tientallen kinderen die op dat moment buiten aan het speler waren. 'Happy faces, mooiste wat er is' schrijft Bergwijn erbij. “Het was heel gek gegaan eigenlijk. Mijn oude directeur zei: ‘Stevie kom effe langs’. Dus ik dacht oké, leuk. Toen die kinderen mijn auto aan zagen komen rijden was het al een gekkenhuis. Die kinderen blij natuurlijk, iedereen rende in het rond. Toen stapte ik uit en gingen ze helemaal tekeer. Ik vroeg: werkt die directeur er nog en zij zeiden ‘nee.’ Wat blijkt nou: hij werkt gewoon op een andere school en heeft mij daar niets over verteld. En toen? Toen ben ik gewoon bij die kinderen gebleven. Ze vroegen me van alles, leuk toch? Op het eind hebben we een foto gemaakt.”


Oranje  

Terug naar het veld, waar hoogtepunt na hoogtepunt elkaar opvolgen. Zijn debuut in het Nederlands elftal bijvoorbeeld. Nog niet eens zo gek lang geleden was Bergwijn het gezicht van een reclame die een ode bracht aan het trainingshesje. Trainend bij Jong Oranje trok Bergwijn vol trots zo’n hesje aan. “Ja dat hoeft nu niet meer”, zegt Bergwijn. “Dat was wel echt een droom die uitkwam, Oranje. De trainer (Mark van Bommel, red,) belde me dat ik erbij zat. Eigenlijk toen ik zijn naam op mijn telefoon zag staan, wist ik het wel. Meestal wordt de selectie op vrijdag bekendgemaakt. Als je dan op donderdag een telefoontje van je trainer krijgt haha… Wat ik als eerste deed daarna? Niks eigenlijk, gewoon verder PlayStationen. Ik was gewoon thuis bij m’n ouders dus die wisten het meteen.”

Het voelde als de ultieme beloning voor de arbeid die Bergwijn en zijn ouders de afgelopen jaren leverden. “M’n ouders zijn mijn grootste inspiratiebron. Zij hebben er alles aan gedaan dat ik kon voetballen. Drie jaar lang reed mijn vader me op en neer. Van Almere naar De Herdgang naar school en dan weer naar huis. Als ik aan het trainen was, sliep hij een paar uurtjes in de auto. Voor hun doe ik het sowieso. Ik moet het Oranjeshirt nog ophangen en dat doe ik denk ik ook bij hen. Mijn zus heeft er ook één en de andere is bij m’n vriendin. Al mijn debuutshirts bewaar ik sowieso. Dat heeft iets bijzonders.” <